BRUSSEL - De Vlaamse regering heeft vandaag aangekondigd dat Journalismfund Europe 100.000 euro moet inleveren op een totaalbudget van 516.000 euro voor zijn Fonds Pascal Decroos project. Bij monde van de minister-president van de Vlaamse regering, Matthias Diependaele, “schrapt de Vlaamse regering de subsidies waarvan de meerwaarde voor de Vlamingen niet opweegt tegen de nieuwe noden die de kop opsteken". Deze redenering toont een fundamenteel gebrek aan begrip voor de rol van onderzoeksjournalistiek in een gezonde democratie - en ironisch genoeg ook voor haar economische waarde voor dezelfde overheid die nu bezuinigt.
Een investering die zichzelf terugverdient
Door onderzoeksjournalistiek en journalistiek van algemeen belang te financieren, bevorder je krachtige berichtgeving over zaken als corruptie, sociale ongelijkheid en milieuproblemen, waardoor je een geïnformeerde publieke discussie stimuleert. Door krachtig in te zetten op onderzoeksjournalistiek, genereer je ook financiële voordelen voor de overheid: onderzoek naar belastingontduiking of fraude kan leiden tot terugvordering en boetes en dus terugvorderen van belastinggeld. Onderzoeksjournalistiek kan omkoping of belangenverstrengeling (corruptie) blootleggen wat de schatkist miljoenen kan besparen. Kritische analyses van overheidsuitgaven kunnen leiden tot betere allocatie van middelen. Een verhoogde transparantie genereert druk op beleidsmakers om open te zijn over besluitvorming. Beleid kan worden verbeterd of bijgestuurd op basis van journalistieke bevindingen. Wanneer misstanden – door meer en betere onderzoeksjournalistiek – worden aangepakt, kan dit het vertrouwen in instellingen versterken. Diepgravende journalistiek kan leiden tot concrete maatschappelijke impact. Onderzoek naar milieuvervuiling of voedselveiligheid kan leiden tot betere volksgezondheid. Consumenten kunnen betere bescherming krijgen wanneer misleidende praktijken worden blootgelegd. Onderzoek naar systemische ongelijkheid kan leiden tot hervorming en een rechtvaardiger systeem.
De Scandinavische spiegel
Bij een beleid en strategie houden we best ook rekening met historische en culturele factoren. Een interessante benchmark voor de Vlaamse situatie zijn de Scandinavische landen. Ze hebben een vergelijkbaar bevolkingsaantal. Maar ze scoren op vlak van persvrijheid (allemaal in de top 6) en corruptieperceptie index (CPI - allemaal in de top 8) een pak hoger dan België (18e op de lijst van persvrijheid en 22e op de CPI). Meer transparantie leidt tot een beter beleid doordat meer input mogelijk is vanuit verschillende perspectieven. Het leidt tot een effectievere aanpak van maatschappelijke problemen en de legitimiteit van de overheid neemt toe. Het versterkt dus de democratische processen maar leidt ook tot betere economische resultaten door verminderde corruptie en efficiënter bestuur.
Als we Vlaanderen vergelijken met Scandinavische landen, dan hebben die laatste een veel langere geschiedenis van overheidstransparantie, met Zweden dat al in 1766 de eerste wet op openbaarheid van bestuur invoerde. Hun protestants-lutherse erfenis legt meer nadruk op individuele verantwoordelijkheid, kritisch denken en waarheidsvinding. Er heerst ook een hoger basisvertrouwen in instituties, waarin - paradoxaal genoeg - kritische journalistiek beter gedijt. Er is in die noordelijke pragmatische politieke cultuur minder polarisatie en meer consensusgerichtheid. Dat maakt dat journalistieke onthullingen - in tegenstelling tot Vlaanderen - sneller leiden tot beleidsveranderingen.
De Vlaamse handicap erkennen en compenseren
Ook spelen institutionele en economische factoren ons parten. Goed gefinancierde publieke omroepen in Scandinavië en Nederland bieden een stabiele basis voor onderzoeksjournalistiek. Ook werden er veel vroeger dan in Vlaanderen specifieke journalistieke fondsen opgericht. De Scandinavische burgers zijn vaker ook bereid om te betalen voor kwaliteitsjournalistiek. Een complexe staatsstructuur, zoals de Belgische, maakt de controle door de pers dan weer heel wat ingewikkelder. En hoge mediaconcentratie leidt vaker tot een meer politieke verbondenheid. Ook de impact van kleine taalmarkten valt niet te onderschatten. Het zorgt voor een hogere relatieve kostprijs voor onderzoekjournalistiek. De kosten moeten immers verdeeld worden over minder consumenten. Zelfs als een hoger percentage betaalt voor journalistiek, dan nog blijft het absolute aantal abonnees heel klein. Vlaamse media gingen daarom noodgedwongen de grens over. In een grotere markt kun je nichepublicaties hebben die zich volledig richten op onderzoeksjournalistiek, waardoor er meer specialisatie mogelijk is in tegenstelling tot die kleinere advertentiemarkt. Minder inkomsten uit advertenties betekent trouwens meer afhankelijkheid van abonnees en subsidies. En dan heb ik het nog niet over de stijgende desinteresse in nieuws en het dalend vertrouwen in media.
Een van de oplossingen voor die kleine taalmarkt in Vlaanderen is dus een gerichter subsidiebeleid: proportioneel hogere steun voor onderzoeksjournalistiek is nodig. Een onafhankelijk fonds zoals Journalismfund met zijn Fonds Pascal Decroos is noodzakelijk, wil je de onafhankelijkheid van de journalisten en media niet ondergraven. Een Fonds voor onderzoeksjournalistiek zou in staat moeten zijn de marktbeperking te compenseren. Op zijn minst zou onderzoeksjournalistiek als een essentiële democratische infrastructuur moeten worden beschouwd, net als publieke omroepen.
De problemen van morgen aanpakken
De bewering dat Journalismfund Europe niet inspeelt op toekomstige noden, is ronduit onjuist. Klimaatverandering, digitale surveillance, artificiële intelligentie, migratiestromen, groeiende ongelijkheid - al deze complexe vraagstukken vereisen grondig, onafhankelijk onderzoek dat verder gaat dan de waan van de dag.
Onderzoeksjournalistiek is per definitie toekomstgericht. Het duurt maanden, soms jaren, om patronen bloot te leggen, systemen te doorgronden en oplossingen aan te reiken. Terwijl sociale media-algoritmes ons opsluiten in bubbels van bevestiging, doorbreekt onderzoeksjournalistiek deze echo-kamers met feiten en context.
Investeren in democratische veerkracht
Onderzoeksjournalistiek is geen kostenpost maar kritische infrastructuur voor een functionerende democratie. Het verhoogt transparantie, bestrijdt corruptie, verbetert beleid en versterkt het vertrouwen in instituties. In een tijd waarin democratieën wereldwijd onder druk staan, waarin desinformatie welig tiert en waarin complexe problemen simplistische oplossingen krijgen aangeboden, is onafhankelijke onderzoeksjournalistiek onmisbaar.
De vraag is niet of we ons onderzoeksjournalistiek kunnen veroorloven. De vraag is of we ons kunnen veroorloven het niet te ondersteunen. Want een democratie zonder waakhond is als een schip zonder kompas - vroeg of laat loopt het op de klippen.
Ides Debruyne
Managing director Journalismfund Europe vzw