TIELT - De presidentsverkiezingen in Iran zijn net achter de rug. Fraude!, krijsen massa’s betogers in de straten van de hoofdstad Teheran. De Iraanse overheid zet alles op alles om te verhinderen dat het nieuws buitenlandse media bereikt. De beelden op het zevenuurjournaal werden gemaakt door een Iraanse student die aan de manifestaties deelnam. Hij filmde alles met zijn gsm en postte de beelden op internet. Journaliste Ann De Craemer en fotograaf Pieter-Jan De Pue slagen erin om in Iran te blijven terwijl veel Westerse journalisten het land al moesten verlaten.


Teheran was na de verkiezingen the place to be en toch was jij niet daar, waarom?
Ik was niet in Iran als politiek verslaggever. Vorig jaar speelde ik met het idee om 'iets' rond Iran te doen. Ik hield me al een vijftal jaar met het land bezig, maar ik was er nog nooit geweest. Bij deBuren, mijn toenmalige werkgever, reageerde directeur Dorian van der Brempt meteen heel enthousiast. Rond die periode liep er een fototentoonstelling over Afghanistan van Pieter-Jan De Pue. Het leek me wel wat om samen met hem naar Iran te trekken. Uiteindelijk evolueerde het allemaal heel snel van een vaag plan naar iets concreets: door Iran trekken, op zoek naar het verhaal van de gewone Iraniër, om er achteraf een boek over te schrijven en een fototentoonstelling te organiseren. De berichtgeving over Iran in de Belgische en Nederlandse media is schaars, en vooral politiek getint. Daar wilden wij wat aan veranderen door te tonen dat Iran meer is dan een land vol fanatieke ayatollahs en gesluierde vrouwen. Om zo veel mogelijk het dagelijkse leven in beeld te brengen, reisden we per trein, via het traject van de Trans-Iraanse Spoorlijn. Voor De Standaard hield ik een blog bij en schreef ik een aantal columns over de Iraanse samenleving.

Hoe lang wilden jullie in Iran blijven?
Hoe lang we zouden blijven, stond niet vast. Omdat we niet wisten hoe lang ons persvisum, dat eerst slechts voor twee weken geldig is, zou worden verlengd. We hoopten op zes weken tot twee maanden. Tot onze verbazing werd ons visum de dag na de verkiezingen in Isfahan met vijf dagen verlengd. Eenmaal terug in Teheran hadden we minder geluk en moesten we onze reis vroegtijdig stopzetten. Uiteindelijk konden we drie weken blijven.

Ga je nog terug?
Ik zou graag teruggaan, maar Iran verkeert in diepe crisis. Een persvisum krijgen is momenteel bijna onmogelijk. En reizen met een toeristenvisum is riskant. Voorlopig is het afwachten hoe de situatie evolueert. Zolang de onrust duurt, is de kans klein dat we mogen vertrekken. Ik verzamelde in elk geval genoeg materiaal om mijn boek te schrijven. We hebben heel wat steden bezocht en ik heb met ontzettend veel mensen gepraat.

Heb je spijt van het tijdstip waarop jullie naar Iran trokken?
Neen, natuurlijk niet, we konden minder lang blijven, maar we hebben een historische periode meegemaakt. We gingen ook bewust tijdens de verkiezingen, omdat we wisten dat er onder de mensen veel openheid zou zijn. De kans dat ze vrijuit over hun leven tegen een journalist/schrijver spraken, was vrij groot en dat maakte het gemakkelijker voor ons.

Een tweede reden om tijdens die periode te gaan was dat we Iran willen tonen als een land in verandering, iets wat zeker uit de verkiezingen zou blijken – de spanning tussen traditie en moderniteit komt dan sterker naar voren. Dat het zó duidelijk zou zijn, had ik niet verwacht. Ik had niet gedacht dat er zo opvallend zou worden gefraudeerd, en dat ik plots getuige zou zijn van een mijlpaal in de geschiedenis van Iran.

Je viel dus uit de lucht toen je de verkiezingsuitslag hoorde?
Uit de lucht vallen is te sterk uitgedrukt, maar ik schrok toch. Ik dacht zelfs: ben ik blind geweest, heb ik de supporters van Ahmadinejad dan niet gezien? Ook andere journalisten snapten niet wat er gebeurde. Ik bedoel, overal waar we kwamen zagen we groen, de kleur van Mousavi. Er is een grote bevolkingsgroep die verandering wil en zich op het Westen oriënteert. Eerst denk je dat zo’n massale fraude niet kan, maar na een tijd moet je toch aannemen dat dat misschien de enige mogelijke verklaring is. Om te beginnen was de verkiezingsuitslag al veel te vroeg bekend. En de voorsprong waarmee Ahmadinejad won..., dat was echt vreemd.

De VRT belde me een paar keer om verslag uit te brengen, maar dat was te riskant

Wat betekenen die onverwachte omstandigheden voor je boek?
We bleven minder lang dan verwacht, maar het boek komt er sowieso. Het is en blijft een reisverhaal, alleen zal ik door de politieke situatie meer aandacht aan de politiek en aan de verkiezingen besteden. Maar verwacht geen politieke analyses of voorspellingen. Het blijft een boek over de gewone mensen van Iran en mijn gesprekken met hen, aangevuld met achtergrond over de Perzische geschiedenis, cultuur, literatuur…Het boek verschijnt normaal in maart 2010, maar het kan ook eerder of later zijn. Dat weet ik nog niet. Er is trouwens nog geen titel.

De gewone Iraniër, kun je even vertellen hoe jij die ziet?
Iraniërs zijn fiere mensen. Ze reageerden altijd positief als ik vertelde dat mijn boek over het dagelijkse leven en de cultuur zou gaan. Ze zijn heel open en warm. Mensen wilden de hele tijd dat we bij hen thuis op bezoek kwamen en bleven eten. Opmerkelijk is dat Iraniërs optimistisch zijn. Zelfs al is het daar misschien niet altijd even gemakkelijk om te leven, je ervaart er veel eenvoudige levensvreugde. Het is niet allemaal kommer en kwel in Iran. Toen ik terug in België was, moest ik me aanpassen aan de geslotenheid van de mensen hier. En klagen dat we doen! (lacht)

Dus het was gemakkelijk om met de bevolking te praten?
Ja, eerst verbaasde me dat wel. De mensen praten bijvoorbeeld heel open over politiek, wat in hun land toch niet evident is. Ze stappen spontaan op je af en ze doen hun verhaal. Op een bepaald moment was het zelfs zo erg dat onze gids me bij het graf van ayatollah Khomeini uit een massa mensen heeft moeten halen. Ze kwamen allemaal op me af en wilden dat ik naar hen luisterde. Een beetje angstaanjagend wel.
Soms waren ze verbaasd om ons te zien. Westerse journalisten komen maar zelden buiten Teheran. En ook in hun eigen land worden de mensen niet gehoord. Persvrijheid bestaat er niet. Iraanse journalisten hebben we dan ook bijna niet ontmoet.

Hoe staan de Iraniërs tegenover het Westen?
In tegenstelling tot het regime, denken de gewone burgers vrij positief over het Westen. Al zijn ze er zich van bewust dat onze media hun land niet altijd goed in de kijker plaatsen. Meestal spreken ze vol lof over onze vrijheid. Niet iedereen, natuurlijk: ik heb ook conservatieve vrouwen ontmoet die vinden dat westerse vrouwen veel te spontaan en te los zijn.

Wat was de reactie hier toen jij de enige Vlaamse journalist was die nog in Iran zat?
Toen de VRT hoorde dat ik nog in Iran zat, hebben ze me na de verkiezingen een paar keer gebeld met de vraag of ik verslag wilde uitbrengen. Maar ik heb dat niet gedaan, omdat ik er niet als politiek verslaggever was. En het was riskant. Ik wilde zo lang mogelijk blijven, om zo veel mogelijk materiaal voor het boek te verzamelen. Met radio en tv gaan praten, maakte de kans groter dat ik snel naar huis zou moeten. Dat wilde ik vermijden.

Het verbaasde me dat ons visum niet werd ingetrokken, zoals bij veel andere journalisten. Dat we niet in Teheran zaten op het moment van die grote betogingen, heeft zeker meegespeeld. Ik wist toen zelfs niet dat de protesten na de verkiezingen hier zó veel media-aandacht kregen.

Hoe ben je bij het FPD terechtgekomen?
Ik was in 2003 een van de genomineerden voor de Vlaamse Scriptieprijs van het Fonds (Scriptiebank.be: Kader Abdolah, schrijver tussen 2 culturen, nvdr.). En ik ben hen altijd blijven volgen. Ik vind het Fonds een fantastisch initiatief.

Zou je project naar Iran zonder de beurs van het Fonds gelukt zijn?
Het had in ieder geval een stuk moeilijker geweest. We hebben dit project kunnen realiseren dankzij het Fonds en het Vlaams-Nederlands Huis deBuren. Daar ben ik heel blij mee. De steun van het Fonds heeft zeker meegespeeld bij de keuze van De Standaard om met ons te werken – het Fonds biedt een garantie voor kwaliteit. De Standaard had al een politiek verslaggever in Teheran, maar met het oog op de verkiezingen wilden ze ook het deel 'samenleving' belichten. Daarom schreef ik voor hen columns en blogposts.

Was het gemakkelijk om vanuit Iran te bloggen?
Nee, helemaal niet. Toen ik vertrok, ging ik ervan uit dat de internetverbinding er wel goed zou zijn, aangezien Iran erg veel bloggers heeft. Maar de hotels hadden van die trage inbelverbindingen en de internetcafés zaten meestal overvol. Zoals de meeste blogs, was ook mijn blog op dat moment geblokkeerd. Er waren dagen dat ik om twee uur 's nachts nog achter de pc zat, omdat mijn tekst online moest. Maar ik had het ervoor over. Het was mooi om kennis te maken met het dagelijkse leven van de Iraniërs, en bovendien ook een historische periode in hun geschiedenis mee te maken.

Auteur: Jessica Peetermans, Karel Platteau
Dit interview verscheen in de Nieuwsbrief van het Fonds Pascal Decroos, september 2009.

Ander nieuws